Wijs Worden VWO deel 3 docentenhandleiding
Wijs Worden VWO deel 3 docentenhandleiding
Jos van de Laar
Op voorraad
Direct leverbaar uit voorraad
Product omschrijving
Wijs Worden is een driejarige methode voor de basisvorming van het voortgezet onderwijs. Wijs Worden is met haar accent op filosofie, levensbeschouwing en burgerschap inzetbaar binnen vakken waar reflectie over verantwoordelijk denken en handelen een centraal thema vormt.
In de drie delen van Wijs Worden komen aan de orde:
a. levensbeschouwelijke stromingen,
b. thema’s die benaderd worden vanuit levensbeschouwelijk/filosofisch perspectief,
c. aandacht voor ethische vraagstellingen,
d. basisvaardigheden met betrekking tot (1) leren redeneren en (2) communiceren over levensvragen.
Wijs Worden heeft aandacht voor zowel cognitieve als voor affectieve doelen. Deze zijn met elkaar verweven. Per les zijn doelstellingen geformuleerd in leerlingengedrag, waardoor de resultaten meetbaar worden.
Vier soorten opdrachten
De opdrachten in het werkboek hebben als eerste doel het verwerken en zich eigen maken van de aangeboden stof. Daarna worden leerlingen uitgedaagd kritisch na te denken over de stof of zelf een beargumenteerde positie in te nemen.
Er zijn vier soorten opdrachten opgenomen.
1. Op de eerste plaats de gewone opdrachten. Deze sluiten steeds direct aan bij de behandelde stof: vragen de leerling in eigen woorden inzichten weer te geven of worden geprikkeld na te denken over vragen en problemen die in de tekst worden opgeworpen.
2. Daarnaast treft men regelmatig Verdiepingsopdrachten aan. Deze stellen vaak moeilijkere en abstractere vragen. Ze kunnen worden overgeslagen zonder dat de leerweg erdoor wordt geschaad.
3. Ook treft de leerling af en toe een Op-pad-opdracht aan. Dat is een opdracht voor de leerling om zelf op zoek te gaan. Dat kan een interview inhouden maar vaak ook materiaal verzamelen uit een boek of van het internet. Daarmee hebben deze Op-pad-opdrachten evenals de Verdiepingsopdrachten eerder een facultatief karakter. Op-pad-opdrachten zijn uiteraard heel geschikt als huiswerk.
4. Tot slot de privévragen. Die hebben een heel bijzonder karakter. Het zijn vragen direct gericht aan de leerlingen, aan zijn/haar gedachten, gevoelens, ervaringen en gedrag. De leerling wordt geprikkeld daarover na te denken en zo de stof te gebruiken om meer zelfinzicht te krijgen.
Ook leerlingen hebben recht op privacy en hoeven sommige privégevoelens of -ervaringen met niemand te delen als ze dat niet willen: niet in de klas tegenover andere leerlingen, niet tegenover de docent en niet tegenover ouders.
Het gevoel gedwongen te moeten worden bepaalde gedachten of ervaringen in de openbaarheid te brengen, kan mogelijk tot vluchtgedrag leiden en het tegenovergestelde bereiken van wat het doel van een dergelijke vraag was.
Kunnen deze vragen toch behandeld worden in de klas? Misschien, mede afhankelijk van waar de vraag op doelt, mede afhankelijk van de sfeer in de klas, maar altijd met de boodschap dat leerlingen die niet wensen mee te doen aan een discussie daartoe het volste recht hebben. Maar de vragen niet behandelen en de leerlingen enkel op het bestaan ervan wijzen, ligt wellicht het meest voor de hand. Het is uiteraard aan de wijsheid van de docent(e) hoe om te gaan met deze privévragen.
Hfd. 1 Mensbeelden
Par. 1 Wat is een mensbeeld?
Par. 2 Mensbeeld in middeleeuwen en nieuwe tijd
Par. 3 Lichaam en geest
Par. 4 Mens en dier
Par. 5 Goed en kwaad
Par. 6 Vrijheid en determinisme
Hfd.2 Nieuwe spiritualiteit
Par. 1 Inleiding
Par. 2 Veranderingen in levensbeschouwelijk Nederland
Par. 3 Nieuwe spiritualiteit
Par. 4 Voorbeeld nieuwe spiritualiteit: Wicca (of hekserij)
Par. 5 Voorbeeld nieuwe spiritualiteit: Thich Nhat Hanh
Par. 6 Een eigen levensbeschouwelijk huis
Hfd.3 Mode
Par. 1 Inleiding
Par. 2 Wat kan allemaal mode zijn?
Par. 3 De opvatting dat het nieuwe beter is dan het oude
Par. 4 Geschiedenis van de kledingmode
Par. 5 Verklaringen van het verschijnsel ‘mode’
Par. 6 Speelt mode de baas over ons?
Hfd. 4 Burgerschap
Par. 1 Inleiding
Par. 2 Over het woord ‘burger’
Par. 3 Burger van Nederland
Par. 4 Van ‘burger van Nederland’ tot ‘wereldburger’
Hfd.5 Straf
Par. 1 Inleiding
Par. 2 Vrije wil, schuld, straf
Par. 3 Geschiedenis van het straffen
Par. 4 De rechtsstaat en straf
Par. 5 Waarom straffen?
Hfd.6 Evolutie en schepping
Par. 1 Inleiding
Par. 2 Scheppingsverhalen
Par. 3 Darwins evolutietheorie
Par. 4 Conflict tussen godsdienst en wetenschap
Par. 5 De evolutie als het werk van God
Par. 6 Evolutietheorie en scheppingsverhalen